Kapper Nr5-2021 Online

D e K a p p e r n r 5 2 0 2 1 34 J u b i l e u m PEELS HAARMODE VIERT 100-JARIG JUBILEUM 6 AUGUSTUS 1921 IS EEN BIJZONDERE DAG VOOR PEELS HAARMODE. DAT IS NAMELIJK DE DAG DAT ALBERT PEELS, DE OPRICHTER VAN PEELS HAARMODE, BESLOOT OM NIET LANGER VOOR EEN BAAS TE WILLEN WERKEN. EN VOOR ZIJN VROUW MIET BETEKENDE HET DAT ZE NIET LANGER IN HET KEURSLIJF VAN MOEDER DE VROUW HOEFDE TE LOPEN WAARIN GENERATIES VROUWEN VÓÓR HAAR NIET AAN KONDEN ONTSNAPPEN. SAMEN RICHTTEN ZE EEN KAPPERSZAAK OP. EN NU, HONDERD JAAR LATER, STAAN HUN KLEINKINDEREN JEROEN EN PETRA AAN HET ROER. JEROEN HEEFT EEN PRACHTIG BOEK GESCHREVEN OVER DE GESCHIEDENIS VAN HET BEDRIJF, WAAR WE SAMEN MET HEM OP TERUGBLIKKEN. Eén ding is volgens Jeroen wel duidelijk na het uitpluizen van de familiegeschiedenis: het is niet altijd gemakkelijk geweest, maar een uitspraak van zijn opa die Jeroen altijd is bijgebleven hangt als een familiemotto boven dit verhaal: ‘As ge gin-ne raad wit mee oe arremoei, dan bende ni wert da ge um het.’ Op de vraag wat het betekent, antwoordt Jeroen: “Verlies kunnen incasseren, zoeken naar oplossingen, vooruitgaan in het leven, niet blijven hangen in het verleden, kijken naar de toekomst, blijven dromen, maar wel met beide voeten op de grond, en veel is mogelijk zolang je er maar in gelooft, dát is wat het betekent. Veerkracht en slimme innovatieve ideeën hebben het bedrijf in die honderd jaar gebracht naar wat het vandaag de dag is.” HOE HET BEGON Na de lagere school, op 12-jarige leeftijd, ging Albert net als zijn vader en broers werken in de sigarenfabriek. In de avonden en in zijn vrije tijd ging hij zijn oudere broer Nol helpen. Die had in 1915 op de Grote Berg 22 in Eindhoven een coiffeurszaak / sigarenwinkel overgenomen. Jeroen vertelt: “Met de ervaring die hij had opgedaan bij zijn broer Nol, wilde hij iets voor zichzelf gaan beginnen. Uiteindelijk heeft hij de stoute schoenen aangetrokken en is hij in de avonduren zelf mannen gaan knippen en scheren in het Katholieke Jongeren Vereniging Huis aan de Strijpsestraat 79 in Eindhoven. Naast het knippen en scheren hadden ze een assortiment sigaren voor de verkoop. Het was groot genoeg, zodat ook Miet ging meehelpen in de zaak. Niet alleen was ze verantwoordelijk voor het kasboekje, ook begon ze dames te onduleren, en zo breidde de salon zich verder uit.” Op 1 april 1936 besluiten ze het pand aan de Strijpsestraat 242 te kopen. Ze hadden daar volop ruimte om de zaak, die gestaag bleef groeien, flink uit te breiden. “De dameskapsalon werd steeds belangrijker, met Miet aan het roer. Klanten kwamen van heinde en verre naar kapper Peels in Eindhoven. Ze adverteerden volop en kregen het hierdoor zó druk, dat ze in 1940 de herenkapsalon verkochten aan de overbuurman, en alleen verdergegaan zijn als dameskapsalon”, aldus Jeroen. DE TWEEDE GENERATIE De kinderen van Albert en Miet gingen ook allemaal aan de slag in de kapsalon, waaronder zoon Wout. “Nadat al zijn zussen hem voor waren gegaan, was ook Wout voorbestemd om bij zijn ouders in de kapsalon te gaan werken. Op 1 juni 1962 stapt Albert sr. uit de zaak en wordt Wout Peels volledig eigenaar. Zijn zus Jeanne blijft bij hem in dienst. In al die jaren dat Albert de kapsalon had, heeft hij alle vlechten van klanten die hij moest afknippen bewaard, want hij vond het zonde om die weg te gooien. Kisten vol stonden er op zolder. Nelly heeft al dat haar gesorteerd, gehekeld, op lengte getrokken en gebundeld, en zo zijn ze daar begonnen met het maken van de eerste pruiken en haarstukjes. In de jaren ‘60 en ‘70, toen het dragen van een pruik een echt modeverschijnsel was, boekte hij veel successen. Later werd een echt atelier gebouwd, waar niet minder dan acht meisjes fulltime pruiken zaten te knopen. De kapsels van die tijd waren hoog opgestoken ‘beehives’, en dan kon je als vrouw wel wat extra’s gebruiken”, aldus Jeroen. Pruiken atelier 1967

RkJQdWJsaXNoZXIy MTAyNDU4