FIETSZAKEN NR 2 2025 15 GASTCOLUMN De wielerploegen en de fietsbranche in zijn algemeenheid ontwaken uit een collectieve winterslaap op het gebied van cranklengte. Jarenlang (en nu nog) is hetzelfde deuntje gedraaid: 170 mm, 172,5 mm, 175 mm. Standaard crankmaten waarmee gedacht werd optimale prestaties of comfort te kunnen behalen ondanks enorme fysieke verschillen tussen fietsers, wielrenners en ploegmaten. Of we het nu hebben over de cranklengte waarmee e-bikes afgemonteerd worden of de cranklengte op racefietsen die in de winkel staan, het verschil in cranklengte tussen de grootste en kleinste maat fiets bedraagt vaak maar 5mm, in enkele gevallen 10 mm. Een situatieschets: Mevrouw A met een lengte van 168 cm en een binnenbeenlengte van 73 cm krijgt een maat S of XS fiets met een 170 mm crank. Meneer B met een lengte van 185 cm en een binnenbeenlengte van 88 cm krijgt een maat L of XL fiets met een 175 mm crank. Mevrouw A haar cranklengte past 4,29 keer in haar binnenbeenlengte (73/17 = 4,29). Meneer B zijn cranklengte past 5,02 keer in zijn binnenbeenlengte (88/17,5 = 5,02). Een enorm scheve verhouding. Mevrouw A heeft met deze verhouding een vergrote kans op knieklachten, onderrugklachten, zadelklachten en nekklachten. Ook problemen in de doorbloeding liggen op de loer. En dan hebben we het nog niet eens over de enorm verminderde prestatie als gevolg van een beweging die uit verhouding is. Een ‘factor 5’ in de verhouding van cranklengte tot binnenbeenlengte acht ik voldoende om te voorkomen dat er klachten ontstaan gerelateerd aan cranklengte. Als mevrouw A in deze veilige marge wil belanden heeft ze een aanzienlijk kortere crank nodig: 73/ 14,5 = 5,03. Oftewel een cranklengte van 145 mm. In dit voorbeeld heb ik het over volwassen mensen zonder grote fysieke ongemakken. Echter, in het geval van kinderen ligt dit alles nog gevoeliger. Ik zie helaas regelmatig jeugdrenners die reeds onnatuurlijke vormen in hun ruggengraat hebben gekregen door jarenlang het gebruik van een verkeerde cranklengte. Iets wat enorm makkelijk te voorkomen zou zijn met meer kennis en bewustzijn op het gebied van cranklengte in de fietsbranche en wielersport. Streef dus minimaal naar die factor 5 bij kinderen, het liefst nog meer… Verandering komt nooit zonder slag of stoot. Er zullen aan de voorkant al grote aanpassingen gedaan moeten worden aan fietsen bij de fabrikanten, óf naderhand in de winkel. Kortere cranks zullen beter beschikbaar moeten worden. Voorlichting in winkels, wielerverenigingen en andere professionals zal moeten verbeteren. Dankzij de aanpassingen van Pogacar, van Aert en Vingegaard is het momentum nu daar om aandacht te geven aan dit belangrijke onderdeel. Al kun je over de verhouding in cranklengte waar Vingegaard en van Aert momenteel mee rondfietsen nog interessante gesprekken voeren…… CRANKLENGTE, TIJD VOOR VERANDERING! Waar Pogacar vorig jaar al de overstap maakte, volgen van Aert en Vingegaard dit jaar. De heren profwielrenners stappen massaal over op kortere cranks. Dat dit gebeurt is niet zo’n verrassing. Het is vooral verrassend dat het nu pas gebeurt. Aron Kremer ziet dagelijks wielrenners, toerfietsers en triatleten tijdens bikefittings. Met zijn bedrijf de Biomechanieker richt hij zich op het zo ergonomisch mogelijk afstellen van de fiets voor de persoon in kwestie. Aron Kremer
RkJQdWJsaXNoZXIy MTAyNDU4