42 FISH&CO NR 3 2024 COLUMN Guus Pastoor is voorzitter van de Visfederatie – de Nederlandse organisatie voor de visverwerkende industrie en visgroothandel. Guus heeft al meer dan 25 jaar ervaring in de vissector. Hij is voorzitter van de Europese koepelorganisatie AIPCE-CEP en het Agrarisch Import Platform en is lid van diverse andere besturen, waaronder het Nederlands Visbureau. Guus is geboren in Rotterdam en afgestudeerd aan de Erasmus Universiteit. Guus Pastoor Het begint met de vangsten op zee. Je kunt veel mechaniseren ter verlichting van de werkdruk, maar er blijven handen nodig. Op de grote vriestrawlers zijn er meer mogelijkheden dan op de kleine kotters, die vier of vijf dagen weg zijn. Je hebt ook te maken met een minimale bezetting in verband met veiligheidseisen. De visserijcultuur is altijd een garantie geweest voor voldoende personeel aan boord: als iets een cultuur is ben je daarin opgegroeid. Omdat de verdiensten ook nog eens goed waren, was er voldoende belangstelling. Onder druk Dit alles staat nu sterk onder druk. Door verregaande regulering, een haperend economisch model - door hoge brandstofkosten- en de baankansen in andere sectoren. Nu is er op veel kotters personeel uit het buitenland nodig is om voldoende bemanning bij elkaar te krijgen. Om de toekomst veilig te stellen zijn nieuwe multipurpose schepen nodig die flexibel inzetbaar, energie-efficiënt en verregaand geautomatiseerd zijn. We hebben het dan over kapitaal intensieve schepen, en de banken staan op dit moment niet in de rij om te financieren. Innovatieprogramma’s zijn hier de beste facilitator. In de visverwerking zijn processen al goed geautomatiseerd, en om concurrerend te blijven tegenover met name Azië zal deze lijn doorzetten. Maar ook hier is er druk, en dus ook buitenlands personeel. Het doel is niet alleen minder handwerk, maar ook minder snijverlies, minder energie en water, betere portieverpakkingen en slimme logistiek. Hier zullen we nog veel ontwikkelingen zien. WORDEN WIJ BEDREIGD? Er wordt veel gesproken en geschreven over arbeidstekorten voor nu en in de toekomst. Die gaan de bedrijven hinderen in hun ontwikkeling. Is dat ook in de seafoodsector een reële bedreiging? Om die vraag te beantwoorden moeten we dieper in de sector duiken om tot een volledig beeld te komen. De vissector is sterk internationaal gericht. Twee derde van de grondstof voor de verwerking komt uit derde landen. We zijn daarom afhankelijk van overheidsinstellingen als de Douane en de NVWA. We zien daar knelpunten ontstaan door gebrek aan personeel, waardoor vertragingen bij invoer en uitvoer optreden, met alle kosten die daar bijhoren. Dit kan de concurrentiepositie van de Rotterdamse haven aantasten. Er zijn grote slagen nodig om het tempo van het bedrijfsleven bij te houden. In het belang van de BV Nederland moet dit bovenaan op het actielijstje van de overheid staan. Het antwoord op de vraag is dus: Ja, er is een bedreiging. Maar techniek en automatisering bieden nog veel mogelijkheden om daar wat aan te doen. DE VISSERIJCULTUUR IS ALTIJD EEN GARANTIE GEWEEST VOOR VOLDOENDE PERSONEEL AAN BOORD
RkJQdWJsaXNoZXIy MTAyNDU4