Hoordetail nr1 2020 Online

H o o r d e t a i l n r 1 2 0 2 0 37 C o l u m n De huidige audicien moet laveren tussen regels en doelstellingen, vanuit de werkgever en de richtlijnen en protocollen van de triage audicien. En daarin liggen een aantal uitdagingen. Iedereen weet dat er een druk ligt op de prijs en daardoor ook op de winstgevendheid van een onderneming, maar een audicien wil in eerste instantie graag zijn werk goed doen voor de slechthorende consument, waarvoor hij of zij zich verantwoordelijk voelt en voor opgeleid is. Het is zijn doel om een goede hooroplossing te vinden voor de consument, passend bij zijn vraag en behoeften. In 2013 is het systeem veranderd naar het functioneel voorschrijven, wat we doen door gebruik te maken van de vernieuwde Amsterdamse vragenlijst, in de volksmond bekend als de AVL. Deze AVL zou een selectietool zijn om te bepalen wat de adequate audiologische behoefte is voor de betreffende consument, alleen is de tool die gebruikt werd voor de normering maar zeer kort beschikbaar geweest. Hierdoor moet de audicien opnieuw zijn eigen professionele inschatting maken op basis van de audiologische meetgegevens, de anamnese en het intakegesprek. De AVL is hiermee vervallen tot een verplichte invuloefening zonder weinig toegevoegde waarde. Daarnaast is het voor veel consumenten een uitdaging omdat hij of zij zich niet herkent in de vraagstelling, de vragen niet ondubbelzinnig zijn, de consument vaak nog in de ontkenningsfase zit en de vraagstelling wel uitgaat van een redelijk hoog ontwikkelingsniveau van de consument. Ter informatie, de samensteller van deze vragenlijst geeft zelf ook aan dat deze vragen nooit voor dit doeleinde zijn gemaakt. Sterker nog: er is slechts een klein deel van de totale vragenlijst gebruikt, zonder toestemming. Het is jammer om te zien dat er nu een nieuwe vragenlijst als een onderdeel van HoorProtocol 2.0 wordt gepresenteerd die gebaseerd is op de AVL. Want ook hier is nog geen normering bij. Dus ondanks alle goede bedoelingen moet een triage audicien nog steeds een passende hoortoestelselectie maken op basis van zijn professionele skills, het stellen van open vragen en hij of zij moet doorvragen om te bepalen wat de werkelijke behoefte van de consument is. Daar komen uiteraard de meetgegevens, de anamnese en de COSI bij, waarna gezamenlijk met de consument doelstellingen worden vastgelegd. Door deze manier van werken wordt er veel breder gekeken naar de behoeften en mogelijkheden dan alleen de audiologische behoeften, waar de HOORvragenlijst een uitkomst op zou moeten geven. Dus de vraag rijst waarom we weer een vragenlijst introduceren met alle uitdagingen voor de consument en de audicien, wetende dat de technologische ontwikkelingen snel gaan en de audicien zoals altijd met zijn kennis van de producten en professionele skills samen met de consument een keuze moet maken. Ook de werkdruk wordt steeds verder opgevoerd door de prijsdruk en hoge investeringen die gedaan moeten worden om te blijven voldoen aan de hogere inrichtingseisen. Ik vraag mij daarbij af of we het belang en de behoeften van een consument met al deze zaken niet voorbij streven. Vooral de consument, die meer tijd en aandacht nodig heeft, staat in de kou door de druk op efficiency. Audiciens moeten meer klanten helpen in dezelfde of minder tijd. Het kan gebeuren dat iemand met een complexere zorgvraag eigenlijk niet geholpen kan worden in de tijd die hiervoor beschikbaar is, wat een verarming van de zorg is. Uitdagingen VOOR DE AUDICIEN HET VAK VAN DE AUDICIEN WORDT STEEDS MOOIER DOOR BETERE TECHNOLOGIE EN INNOVATIES DIE DIE INVULLING GEVEN AAN DE VRAAG EN BEHOEFTEN VAN DE CONSUMENT. NATUURLIJK ZIJN ER OOK AANDACHTSPUNTEN, WANT OOK DE MARKT EN DE REGELGEVING ZIJN DE AFGELOPEN JAREN VERANDERD. DAARDOOR HEBBEN BEDRIJVEN ÉN CONSUMENTEN NIEUWE KEUZES GEMAAKT. OLAF SCHUURMANS, PRODUCT SPECIALIST AUDIOLOGIE BIJ OPTITRADE, VERTELT IN ELKE EDITIE VAN HOORDETAIL OVER ZIJN ERVARINGEN BINNEN DE HOORBRANCHE. Olaf Schuurmans Manager Audiologie bij Optitrade Retailgroep

RkJQdWJsaXNoZXIy MTAyNDU4