de kapper
S
A L O N
X – R
O M B O U T
K
A P P E R S
R
O T T E R D A M
Hoe ben je in de kappersbranche
terecht gekomen?
“Mijn vader Wout Rombout startte
een salon in 1958. Hij was een
kapper van de oude stempel, waar-
mee ik bedoel dat hij een echte
ambachtsman was met een grote
liefde voor het vak. Daarnaast had
hij zeker ook een goed zakelijk
inzicht.”
“Zelf werk ik sinds vijftienjarige leef-
tijd als kapper en begin jaren tachtig
opende ik samen met mijn vader
mijn eerste zaak in Capelle aan de
IJssel. In 2002 is mijn vader deels
gestopt met zijn werkzaamheden
binnen het bedrijf en heb ik zijn
taken overgenomen. In 2004 ver-
kocht hij zijn aandelen aan Chris de
Groot, die nog altijd mijn compag-
non is. Zelf knip ik niet meer actief
sinds 2002; tegenwoordig steek ik
bijna al mijn tijd en energie in het
begeleiden en trainen van de filia-
len.”
“Rombout Kappers telt 23 vestigin-
gen. Dertien daarvan zijn in eigen-
dom van meewerkende vennoten.
Hiermee wordt bedoeld dat de ven-
noot zelf eigenaar is van de salon,
de naam ‘Rombout Kappers’ voert
en gebruik maakt van allerlei collec-
tieve diensten, zoals productinkoop,
reclame, marketing, administratie-
ve diensten en ga zo maar door.
Naast deze dertien vennootschap-
pen zijn er zeven filiaalbedrijven en
drie eigen zaken.”
Met uitzondering van de vestigin-
gen in Waalwijk, Nieuw-Vennep en
Oosterhout zijn alle salons gevestigd
in Zuid-Holland. Streeft Rombout
Kappers op termijn naar een gelijk-
matige landelijke dekking?
“Uiteraard is dat iets wat alle keten-
bedrijven nastreven, maar je moet
ook reëel zijn. En dus luidt het
eerlijke antwoord op deze vraag dat
landelijke dekking op dit moment
niet op mijn prioriteitenlijst staat.
In de huidige markt vind ik het veel
belangrijker dat we ons kwaliteitsni-
veau op peil houden en het aantal
vestigingen wellicht op een gelijk
niveau blijft.”
“Juist omdat we kwaliteit boven alles
stellen, is onze strategie op de lange
termijn gericht. We kunnen en wil-
len niet anders. Stel dat ik puur op
prijs zou gaan concurreren, dan zie
ik nauwelijks tot geen mogelijkhe-
den om te groeien. Onze salons
zijn namelijk gevestigd op mooie,
maar ook relatief prijzige locaties.
Linksom of rechtsom zal dat geld
toch terugverdiend moeten worden.
Dat red je niet door te gaan kleuren
voor € 11,50. En stel dat je toch
voor dit prijsniveau kiest, dan kan
dat alleen door het salonconcept
volledig uit te kleden. Daar pas ik
voor. Klanten komen bij ons voor de
geweldige service en om geholpen
te worden door medewerkers die de
tijd voor ze nemen en vaktechnisch
perfect werk afleveren. Ook zijn alle
behandelingen all-in. Economische
tegenwind of niet: ik ben ervan over-
tuigd dat we hiermee – ook op de
lange termijn – succesvol blijven.”
“Een ander belangrijk wapen waar-
over Rombout Kappers beschikt
in strijd met concurrenten is onze
hechte bedrijfscultuur. Veel van onze
zaken bestaan al decennialang en ik
ben er zeker van dat onze medewer-
kers zeer loyaal en betrokken zijn.
Dat is misschien wel het belangrijk-
ste fundament van de organisatie.
Gemotiveerde, hooggekwalificeerde
medewerkers vormen de kracht van
Rombout Kappers.”
In hoeverre speelt educatie van
medewerkers een belangrijke rol bij
Rombout Kappers?
“Dat is enorm belangrijk, aangezien
we ons onderscheiden door de focus
op de ambachtelijke kant van het
kappersvak. Hierin investeren we
dan ook flink. Vier jaar geleden zijn
we met alle zaken overgestapt op
L’Oréal Professionnel en Redken.
Op het gebied van educatie heb-
ben we een uitstekende samenwer-
king met L’Oréal Nederland. Samen
stellen we ieder jaar een trainings-
programma samen en de mensen
die deze trainingen verzorgen zijn
gewoon top. Doordat onze mede-
werkers zo goed getraind worden
creëer je de ‘gun-factor’ bij klan-
ten, wat natuurlijk erg belangrijk is.
Tegelijkertijd zijn de medewerkers
aantrekkelijk voor andere werkge-
vers, maar het risico dat er een keer
iemand weggaat kun je nooit hele-
maal afdekken. Dat vind ik niet erg;
het is onlosmakelijk verbonden met
het ondernemerschap.”
Wat is je mening over de nieuwe cao
waar de ANKO en de vakbonden
eind juni overeenstemming over heb-
ben bereikt?
“Aangezien we honderdtachtig
Met 23 vestigingen en honderdtachtig medewerkers is Rombout Kappers één van de grotere kappersketens van ons
land. In een interview verduidelijkt directeur René Rombout (52) zijn strategie om overeind te blijven in het krimpende
middensegment van de markt, dat hevig wordt beconcurreerd door andere kappersketens en de alwaar groeiende groep
zzp’ers. René Rombout: “Veel ketens die gefinancierd worden door de grote merken zijn zeepbellen. Ze slagen er niet
in om winst te maken en danken hun bestaansrecht aan het feit dat de merken en financiële partijen er geld in blijven
pompen. Dat houdt natuurlijk een keer op. Wat dat betreft ben ik blij dat onze zaken niet op drijfzand zijn gebouwd.
In de huidige markt is het behoorlijk lastig om te groeien, maar dat geeft niet. Kwaliteit gaat altijd boven kwantiteit en
daaraan zullen we nooit concessies doen. Zolang we dat volhouden ben ik tevreden.”
“Ons doel is niet om ten
koste van alles zo groot
mogelijk te worden. Kwaliteit
is altijd belangrijker”
48
