P
a k k r a c h t
n r
5 2 0 1 6
19
Sharon Dijksma
R
i j k s b e l e i d
De ambitie voor 2030 is slechts een tussenstap op
weg naar een circulaire economie in 2050. Dan zul-
len grondstoffen efficiënt moeten worden ingezet en
optimaal worden hergebruikt. De afvalstoffenstroom
van primaire stoffen – mineralen, fossiele brandstof
en metalen- zou daardoor praktisch moeten opdro-
gen.
EXTRA OMZET
Er zit een buitengewoon attractieve kant voor het
bedrijfsleven aan de circulaire economie. De staats-
secretaris haalt in haar nota onderzoeksinstituut
TNO aan, dat heeft verkend wat de baten kunnen
zijn. Volgens hun indicatie kan per jaar binnen de
betrokken sectoren een extra omzet worden gegene-
reerd van € 7,3 miljard. Daarmee zijn 54.000 banen
gemoeid. Het grondstoffenverbruik kan met 100
megaton worden teruggebracht. Dat is een kwart van
jaarlijkse Nederlandse invoer van grondstoffen.
De ambitie van het kabinet vergt allereerst dat de
heersende wegwerpmentaliteit verdwijnt. Dat lijkt
een utopische gedachte, maar toch zijn hierin al
concrete stappen gezet. Het beleid om het gebruik
van gratis plastic tasjes te verminderen is bijvoor-
beeld uiterst succesvol. Uit enquêtes blijkt dat 80
procent van de mensen nu vaak of altijd een eigen
tas meeneemt.
STAATSSECRETARIS DIJKSMA VRAAGT
MILIEU-INZET
VERPAKKINGSINDUSTRIE
DE VERPAKKINGSINDUSTRIE MOET EEN CON-
STRUCTIEVE BIJDRAGE LEVEREN AAN DE AMBI-
TIE VAN HET KABINET OM IN 2030 VIJFTIG PRO-
CENT MINDER GRONDSTOFFEN TE GEBRUI-
KEN. DAT KAN DOOR STEVIG IN TE ZETTEN
OP HET GEBRUIK VAN BIOBASED MATERIALEN.
EN MILIEUBELASTENDE PRODUCTEN, ZOALS
MULTILAYER VERPAKKINGEN (ZOALS CHIPS- EN
SNOEPZAKKEN) KUNNEN GEFASEERD PLAATS
MAKEN VOOR MILIEUVRIENDELIJKE ALTERNATIE-
VEN. DAT STAAT IN HET RIJKSBREDE PROGRAM-
MA CIRCULAIRE ECONOMIE. ONLANGS STUUR-
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR
EN MILIEU SHARON DIJKSMA DIE NAAR DE
TWEEDE KAMER.
MEER INZET
Maar er is meer inzet nodig om de circulaire ambities van het kabinet te ondersteunen.
Zo zal het bedrijfsleven grondstoffen in bestaande ketens hoogwaardiger moeten gaan
benutten. Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, moeten fossiele, kritieke en niet duurzaam
geproduceerde grondstoffen vervangen worden door duurzaam geproduceerde, hernieuw-
bare en algemeen beschikbare grondstoffen. Ten slotte moet de industrie nieuwe productie-
methodes ontwikkelen, nieuwe producten gaan ontwerpen en productiestromen zuiniger
gaan inrichten.
SOEPELER REGELGEVING
De overheid wil zelf meehelpen om circulair te gaan werken. Zo is de regelgeving versoe-
peld. Daardoor kan karton van drankverpakkingen gemakkelijker worden hergebruikt. Het
kabinet wil ook meer experimenteerruimte creëren om de circulaire economie ruimer baan
te geven. De overheid heeft voorts een stevig instrument in handen met het eigen inkoopbe-
leid. Er komt meer aandacht voor de milieuprestaties en de maatschappelijke kosten tijdens
en na de levensduur van een in te kopen product; de zogenaamde total cost of ownership.
Het streven is erop gericht om in 2020 tien procent circulair in te kopen. Het ministerie
van Economische Zaken bekijkt ook de mogelijkheid om de eerste commerciële biobased
fabrieken financieel te ondersteunen.
SCHOUDERS ERONDER
Het bedrijfsleven wordt in de nota van Dijksma gevraagd de komende jaren serieuze
inspanningen te verrichten. Het Rijk heeft op sommige deelterreinen een stok achter de
hand voor als ontwikkelingen niet snel genoeg gaan. Het kabinet sluit daarbij niet uit om,
het liefst in Europees verband, een bepaald percentage gerecycled of biobased materiaal
in producten verplicht te stellen. “Als we samen onze schouders eronder zetten, burgers,
bedrijven én overheden, is onze circulaire economie haalbaar”, zo besluit de staatssecreta-
ris haar nota.
Meer informatie:
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Plesmanweg 1-6, Den Haag